Waarom eten we microben?

Eten wij microben?
Dat is misschien het eerste wat je nu denkt. Eten wij microben?!? Maar inderdaad, jij en ik eten microben. Of eigenlijk, eten waarin microben zitten. Zij geven eten een bepaalde smaak. Of ze veranderen de vorm van het eten. Dus iets wat vloeibaar is maken ze vast. Straks geven we een paar voorbeelden hiervan.
Microben die in eten zitten zijn niet gevaarlijk. Als je ze eet dan komen ze in je maag. Je maag is erg zuur. Zo zuur als citroensap. De meeste microben kunnen daar niet tegen. Ze gaan dus dood in je maag. En daardoor kunnen ze je niet ziek maken. 

Brood

Turkse yoghurt

Yoghurt: is eigenlijk melk met microben. In de melk zit een beetje suiker. De microben eten de suikers op in de melk. Daardoor wordt de melk dik en zuur.  Veel mensen vinden yoghurt lekker. Jij ook?

Brood: wordt gemaakt met speciale microben. Die noemen we gisten. Ze worden in het deeg gedaan. Dan laat de bakker het deeg liggen. Het liefst op een warme plek. De gisten eten ondertussen de suikers op in het deeg. Daar maken ze ook CO2 van. Dat is een gas. In het deeg krijg je dan gasbelletjes. Dan bakt de bakker het brood. En het deeg wordt hard. Als je een boterham eet zie je die belletjes zitten. Onderaan de pagina staat een filmpje. Daarin zie je hoe de bakker brood maakt.

Schimmelkaas

Soja saus

Kaas: wordt gemaakt van melk. In de melk wordt ook zuursel gedaan. Dat is een mix van microben zoals bacteriën. Die zorgen voor de smaak en voor de gaten in de kaas. Een beetje zoals gist dat in brood doet. Onderaan de pagina staat een filmpje. Daarin zie je hoe de kaasmaker kaas maakt.

Sojasaus: wordt ook gemaakt met microben. Eerst worden sojabonen, graan, water en zeezout gemengd. Daaraan worden microben toegevoegd. Dan laten ze het mengsel een tijdje met rust. Dat rusten noemen we fermenteren. Dan maken de microben allerlei stofjes waardoor sojasaus zijn smaak krijgt. Als de microben klaar zijn stoppen ze het in flesjes. Die kan je dan kopen in de supermarkt.

Let op! Niet elke microbe kan eten maken. Want elke microbe heeft zijn eigen eigenschappen. Zo kan een gist die brood maakt geen yoghurt maken. En een bacterie die yoghurt maakt kan geen soja saus maken.