Zijn alle microben gevaarlijk?

Er zijn heel veel verschillende microben. Er zijn microben die gevaarlijk zijn, maar niet alle microben zijn gevaarlijk. Je zou al die microben in 3 groepen kunnen verdelen. 

Goede microben groeien op of in ons lichaam. Ze zitten er gewoon en hebben we er geen last van. De meeste microben zitten in onze darmen waar ze ons helpen met het verteren van voedsel. En sommigen maken zelfs belangrijke stoffen voor ons. Daar lees je hier meer over.

Minder dan 1% van alle van alle microben zijn gevaarlijk. Dat zijn slechte microben en van hen kunnen we ziek worden. Voorbeelden van slechte microben geven we verderop. 

En dan hebben we nog alle andere microben. Dat zijn microben die buiten ons lichaam in de natuur leven. Een zee-microbe kan niet eens in of op ons groeien. Die is helemaal aangepast aan leven in de koude en zoute zee. Jij bent niet koud en ook niet zo zout. Je kunt daarom rustig in zee gaan zwemmen. Ga je er weer uit dan blijft de bacterie aan je lichaam plakken. Maar hij gaat snel dood. 

Ziek worden

Je kunt van heel veel dingen ziek worden. Maar hier leggen we alleen uit hoe je ziek kunt worden van microben. Een microbe kan je lichaam binnenkomen via inademen, via een wondje of via de mond. 

Stel je voor dat je een barbecue hebt met je familie. Je oom staat achter de barbecue en zorgt dat iedereen wat vlees krijgt. Helaas voor jou let hij niet goed op en de kip die hij je geeft is niet goed gebakken. In de kip zitten Salmonella bacteriën. Via je mond komen die bacteriën uiteindelijk in je darmen terecht. Daar maken ze zich vast aan de darmen en beginnen ze te groeien. Het worden er snel meer want in je darmen is er genoeg voedsel voor ze. Helaas maken ze stoffen die voor jou giftig zijn.
Een paar uur later is de barbecue allang afgelopen en lig jij in bed. Je wordt steeds misselijker. Die giftige stoffen beschadigen de darmen en dat is wat je misselijk maakt. Je lichaam wil zo snel mogelijk van de Salmonella bacteriën af. Ze moeten zo snel mogelijk uit je lichaam! Snel ren je naar de WC want je hebt diarree en/of moet je overgeven. 

De Salmonella bacteriën hebben kleine draadjes waarmee ze zich vastmaken aan je darmen.

De cel is van het immuunsysteem (gele kleur) eet een bacterie (oranje kleur) op! 

Ziek worden van andere microben

In 2020 was er de Corona pandemie. Van dit virus kon je heel ziek worden wanneer je het inademde. Daarom mochten kinderen niet naar school. En vanaf 13 jaar moest je mondkapjes dragen. Zo probeerden men te voorkomen dat mensen die virussen in ademende. Overigens zijn er vele virussen die zich verspreiden via de lucht. Het verkoudheidsvirus is een voorbeeld. Als je het virus in ademt dan komt die in je longen terecht. Via de longen komt het virus in het bloed. Zo verspreiden de virussen zich je lichaam.

Het virus valt de cellen in je lichaam aan. De cellen worden dan gegijzeld. Bijvoorbeeld spiercellen die zich samen trekken als je een spier aanspant. Of bijvoorbeeld een cel die speeksel produceert in je mond. Als die cellen worden gegijzeld door een virus stoppen ze met hun taak. Ze worden door het virus gedwongen om nieuwe virussen te maken. Je lichaam kan minder goed werken doordat veel cellen het virus in zich hebben. Daarnaast moet je afweersysteem vechten tegen het virus. Jij voelt je daardoor ziek. Je krijgt koorts. Virussen kunnen namelijk niet zo goed tegen die warmte. Na een paar dagen wordt je beter omdat je lichaam de virussen onschadelijk maakt. De kapotte cellen zijn vervangen door nieuwe cellen.
Ziek zijn kost veel energie. Daarom moet je rustig aan doen. Je kunt dan beter een boek lezen dan buitenspelen. Verder moet je gezond eten en goed slapen. Zo kan je lichaam genoeg energie stoppen in het afweersysteem. Op die manier wordt je het snelst beter.

Microben bestrijden

Er zijn van allerlei middelen tegen microben. De beste middelen zijn de schoonmaakmiddelen die jullie thuis hebben staan. Maar je kunt ook andere spullen kopen. Niet alles werkt even goed. Dylan Haegens heeft daar een keer video over gemaakt. Kijk maar eens hoe dat ging.